Masterplan
Het masterplan primair onderwijs (PO) en (V)SO is afgerond.

Meerjarenperspectief Onderwijshuisvesting (MPOHV)
Utrecht groeit de komende jaren naar verwachting naar 407.000 inwoners in 2030. Die groei vraagt om een adequaat tempo en invulling van onderwijsvoorzieningen, waaronder primair, speciaal en voortgezet onderwijs. Het MPOHV voorziet hierin. Met de schoolbesturen van het voortgezet onderwijs hebben we afspraken gemaakt over de groeiopgave en de invulling, zie de brief ‘Voortgang invulling groeiopgave onderwijshuisvesting’ van 9 juni 2017. Met de schoolbesturen van het primair onderwijs zijn we ook gestart met gesprekken over dit onderwerp. Vanwege de snelle leerlingengroei in het voortgezet onderwijs wordt in 2018 tijdelijke huisvesting gerealiseerd in Leidsche Rijn Centrum (Leeuwestein Noord). Het aanbestedingstraject is hiervoor in de tweede helft van 2017 gestart om op tijd klaar te zijn.
Naar verwachting wordt in het 4^e kwartaal 2018 de nieuwbouw van het VO Vleuterweide opgeleverd, waarin het Via Nova gehuisvest zal worden. In 2018 zal ook gestart worden met de bouw van het Berlijnplein, de nieuwe locatie voor het voortgezet onderwijs. Tenslotte zal in 2018 ook voor het speciaal onderwijs nieuwe huisvesting voor SO Fier worden gerealiseerd.

Referentiekader Leidsche Rijn
Onderwijshuisvesting voor het primair onderwijs in nieuw te ontwikkelen wijken in Leidsche Rijn is opgenomen in het Referentiekader Leidsche Rijn. Het betreft de nieuwbouw van de onderwijsgebouwen in de wijken zoals Rijnvliet, Haarzicht, Haarrijn, Leeuwesteyn Noord en Leidsche Rijn Centrum. Alle projecten zijn inmiddels gestart. De planning is dat deze projecten uitgevoerd zijn eind 2019.

Plan van scholen
Vier basisscholen hebben hiervoor een aanvraag ingediend om opgenomen te worden op het Plan van Scholen Basisonderwijs. Het gaat om de Stichting Islamitisch Onderwijs in Leidsche Rijn, Stichting Monton in Utrecht stad, Stichting Protestants Christelijk Onderwijs in Leeuwensteijn en van Stichting Happy Kids Education in Utrecht stad. Voor deze scholen krijgt Utrecht – na toetsing en goedkeuring door het ministerie van OCW – vanaf augustus 2018 de huisvestingsplicht.

Multi Functionele Accommodaties (MFA)
Voor de verbetering van de vier MFA’s in Leidsche Rijn (Het Zand, Waterwin, Weide Wereld en Voorn) zijn we in 2017 gestart met de haalbaarheidsstudies, ter voorbereiding op de uitvoeringsfase. In dit proces wordt intensief samengewerkt met alle partners en gebruikers van de MFA’s. De uitkomst van de haalbaarheidsstudies wordt gebruikt om in 2018 de aanbestedingsprocedures te kunnen starten en over te gaan op de uitvoering ten behoeve van de verbeteringen in deze MFA’s.

Internationale School Utrecht (ISU)
Op 18 mei 2017 hebben de Gemeente Utrecht, Stichting International School Utrecht en Universiteit Utrecht een intentieovereenkomst getekend. In de intentieovereenkomst is vastgelegd gezamenlijk de ruimtelijke, planologische, juridische, financiële en technische haalbaarheid te onderzoeken voor de definitieve huisvesting van de International School voor 1200 leerlingen met sportvoorzieningen op de locatie aan de Cambridgelaan op het USP De Uithof. Naar verwachting leggen we het haalbaarheidsonderzoek in het 2e kwartaal 2018 voor aan de gemeenteraad.

Samen met de klankbordgroepen van ouders en professionals uit het onderwijs volgen en evalueren we de (uitvoering van de) verordening. Gezamenlijk streven we ernaar dat de klanttevredenheid gelijk blijft, op het cijfer 8. Mochten aanpassingen in de verordening nodig zijn, dan bereiden we dit gezamenlijk met de klankbordgroepen voor en leggen dit voor aan de gemeenteraad. We zetten in op vergroten van de zelfredzaamheid van leerlingen, zodat ook met de groei van de stad alle leerlingen in staat zijn onderwijs van hun keuze en niveau te volgen.

Cognitie
Het rijk heeft de oorspronkelijke afspraken Bestuursakkoord en Onderwijsachterstanden (2012-2015) opnieuw met een jaar verlengd en het loopt nu door tot en met 2018. Met het uitblijven van een nieuw beleidskader en duidelijkheid over het budget vanaf 2019 kiezen we ervoor om het bestaande beleid voor de Taalschool, leertijduitbreiding (in de vorm van schakelklassen en extra uren leertijd) en de Brede School Academie voor schooljaar 2017-2018 te continueren. We handhaven het bereikpercentage van 95% doelgroeppeuters voor 2018.

We continueren in 2018 de zomerscholen en de zeven Brede School Academies Primair Onderwijs in de wijken Overvecht, Zuidwest, Noordwest en Zuid.

Samen met de onderwijspartners in de stad ontwikkelen we een visie op het Onderwijsachterstandenbeleid voor de periode 2019-2022. Hierin nemen we de consequenties van een mogelijke korting vanuit het rijk op het beschikbare budget vanaf 2019 mee. We maken al vanaf augustus afspraken hoe we de overgang naar de nieuwe periode gaan vormgeven (schooljaar 2018-2019), zodat er geen veranderingen zijn lopende het schooljaar.

In Utrecht kiezen we voor continuïteit van het voorschoolse aanbod met een eenjarige beleidsregel. Dit geeft ons de mogelijkheid om met alle betrokkenen de voorschoolse educatie en het kortdurend ontwikkelingsgericht aanbod vanaf 2019 zorgvuldig vorm te geven, met behoud van kwaliteit en in overeenstemming met de wet harmonisatie kinderopvang en peuterspeelzaalwerk.

Ouders hebben grote invloed op de kansen van hun kinderen, daarom zetten we in 2018 opnieuw in op versterken van educatief partnerschap met ouders, waardoor de benadering van kinderen thuis en op school met elkaar wordt afgestemd. Hiervoor worden onder meer de ouderlokalen ingezet als plek voor ontmoeting en samenwerking tussen buurt, school en ouders. We zetten specifiek extra in op ondersteuning van ouders en kind in Overvecht. Deze opgave wordt opgenomen binnen het versnellingsplan bij het thema Opvoeden en Opgroeien. Door aan te haken op het versnellingsplan kunnen we beter en sneller toewerken naar een duurzame en geïntegreerde aanpak 0 – 6 jaar.

De professionaliseringsaanpak Nu voor Later is door de onderwijspartners overgenomen. In 2018 met een accent op het onderwerp educatief partnerschap met ouders. De Voorschoolse sector en het primair onderwijs werken hierbij samen met de Universiteit Utrecht (UU). In 2018 neemt UU deel aan internationaal onderzoek wat in beeld gaat brengen wat de verwachtingen en ervaringen zijn van diverse groepen (migranten)ouders ten aanzien van de schoolloopbaan van hun kinderen. Op basis van de onderzoeksgegevens wordt digitaal materiaal ontwikkeld en een aanpak waarmee ouders zelf actief aan de slag kunnen met ontwikkelings- en taalstimulerende activiteiten.

Zorg 0-12
Wij continueren de (verdere versterking van) de kernpartneraanpak in de voorschoolse voorzieningen en de (speciale) basisscholen. Specifieke inzet bieden we op het verminderen van langdurig thuiszitten door uitvoering van het Utrechtse en G4 thuiszitterspact. Verder continueren we de inzet van leerlingbegeleiding, het zorgplatform, het project Kleuter Extra en conciërges in het basisonderwijs. Het Samenwerkingsverband Utrecht PO heeft besloten om een stedelijk beleid op meer- en hoogbegaafdheid te formuleren.

Talentontwikkeling en burgerschap
We gaan door met de inzet brede talentontwikkeling in de twaalf Brede Scholen in de stad en daarnaast op 11 niet-brede scholen met veel gewichtenleerlingen. Het gaat om 53 schoollocaties met ongeveer 14.000 leerlingen. De pijlers voor samenwerking binnen de Brede scholen zijn talentontwikkeling, ouderbetrokkenheid en een gezamenlijke pedagogische aanpak. De inzet op talentontwikkeling (onder andere sport, cultuur, techniek) gebeurt voor een belangrijk deel door combinatiefunctionarissen. De inzet en effecten van de combinatiefuncties worden landelijk onderzocht door het Mulier instituut. De resultaten van dit onderzoek vormen de input voor een besluit over de toekomst van cofinanciering door het rijk vanaf 2019. In 2018 bereiden we ons met het veld voor op wat dit betekent voor het beleid en de uitvoering.
In het kader van het versnellingsplan Overvecht krijgen docenten en pedagogisch medewerkers een training aangeboden over het thema polarisatie. Hierbij sluiten we aan bij de Vreedzame School/Vreedzame Wijk en bij de behoeften van het onderwijs en voorschoolse educatie. Binnen het programma Utrecht Zijn We Samen (UZWS) heeft het college een taskforce ingesteld; onderwijs is hierin een belangrijk thema. Op advies van de taskforce wordt gewerkt aan een Delphi-onderzoek onder docenten, leerlingen en ouders naar hun ervaringen met polarisatie en radicalisering. Mede op basis hiervan ontwikkelen we daarnaast een didactisch instrument (toolbox) voor verschillende onderwijsniveaus om polarisatie, radicalisering en terrorisme bespreekbaar te maken en te voorkomen.

Cultuureducatie
Voor schooljaar 2016-2017 hebben 93% van de scholen een aanvraag ingediend voor cultuureducatie. Deze aanvraag loopt door tot eind 2017, omdat we in 2018 overgaan op aanvragen per kalenderjaar. Met bijeenkomsten voor scholen en culturele instellingen continueren we in 2018 ondersteuning op kennisuitwisseling en ontmoeting tussen aanbod en vraag.

Integrale Kind Centra (IKC)
We zijn aangesloten op de landelijke en lokale ontwikkelingen rondom de Integrale Kindcentra (IKC). Vanuit de IKC-tafel van de UOA is in 2017 een stuurgroep IKC ontstaan. Met gezamenlijke middelen vanuit gemeente, onderwijsbesturen en kinderopvangorganisaties is een procesversneller werkzaam vanaf september 2017 voor een periode van twee jaar, die enerzijds kennisdeling rond de ontwikkeling van integrale kindcentra organiseert en anderzijds bestaande en nieuwe IKC- initiatieven gaat ondersteunen in de stad met als doel dat er op korte termijn meer IKC’s komen.

De inzet op bovengenoemde activiteiten neemt toe in omvang met de groei van de stad. De middelen uit de maatschappelijke investeringsagenda gebruiken we om een gelijkblijvende inzet per leerling te realiseren. Zo is het bedrag beschikbaar voor leerlingbegeleiding de afgelopen jaren gedaald, met deze middelen brengen we dit weer op niveau. Ook het beschikbare bedrag per leerling voor cultuureducatie houden we gelijk. Tot slot zetten we middelen in voor opvang van het groeiend aantal kinderen op peuterspeelzalen, vve en basisscholen.

Onderwijsimpuls
De Utrechtse Onderwijsimpuls, subsidieregeling voor kwaliteit en excellentie, zetten we voort in 2018. We richten ons vooral op het voortgezet onderwijs. Thema’s waarop scholen aanvragen kunnen indienen zijn: competenties en vaardigheden voor de toekomst, differentiatie, professionalisering, en samenwerking met de omgeving. De belangstelling vanuit het onderwijs is groot. De regeling wordt elk jaar volledig benut. Daarmee geven we een extra impuls aan initiatieven en vernieuwingen in het onderwijs. Scholen ontwikkelen (vernieuwende) werkwijzen en leren van en met elkaar. We organiseren, in samenwerking met docenten, in 2018 twee onderwijscafés om de kennisdeling en inspiratie tussen docenten te stimuleren.

Cognitie: kansrijke deelname en schoolloopbaan
Sinds 2017 vormt het regionaal programma voortijdig schoolverlaten het kader in de RMC regio Utrecht om jongeren te ondersteunen in hun ontwikkeling naar een kansrijke deelname aan de samenleving. Het behalen van een startkwalificatie heeft een positief effect op de kansen op de arbeidsmarkt. In het bijzonder hebben we aandacht voor kwetsbare jongeren. Met een preventieve aanpak vergroten we hun kansen op doorstroom naar werk.

In 2018 blijft de focus gericht op de goede samenwerking rondom loopbanen, overgangen en ondersteuning. We brengen daar in 2018 de volgende prioriteiten aan.

Op de mbo locaties gaan we vestigingsgericht werken uitbreiden. Dat betekent dat er vaste contactpersonen vanuit RMC en de zorgpartners binnen en met de scholen werken. Indien intensievere begeleiding nodig is, onderhouden deze contactpersonen het contact met de lokale partners in de woonplaats van de jongere.

Om jongeren maximale kansen te geven op de arbeidsmarkt, zullen we actiever inzetten op loopbaanbeleid. We gaan jongeren actief informeren over de situatie op de arbeidsmarkt bij het maken van de studiekeuze. Zo willen we jongeren stimuleren te kiezen voor een opleiding die zowel past bij hun interesses als goede arbeidsmarktperspectieven heeft. Samen met onderwijsinstellingen, werkgevers en de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven verminderen we de door jongeren ervaren knelpunten bij het vinden en behouden van passende stages en leerwerkplekken. Hierbij hebben we in het bijzonder aandacht voor een meer afgestemde werkgeversbenadering die een betere match op stageplekken voor jongeren in een kwetsbare positie moet opleveren.

In 2018 werken we aan optimalisatie van de overgangen voor jongeren in een kwetsbare positie. Dat betekent dat we de informatie- en warme overdracht tussen scholen verbeteren, zodat voor jongeren passende ondersteuning behouden blijft tijdens en na overgangsmomenten van de ene naar de ander school. In 2018 breiden we deze aanpak uit naar de overgang van school naar werk of dagbesteding. Hierbij werken we samen met de verschillende gemeentelijke domeinen, zoals werk & inkomen en Wmo (ook op regionaal niveau) en werkgevers, die een rol kunnen spelen in de overgangsmomenten.

Tot slot is er een intensievere samenwerking tussen RMC en werk en inkomen voor de jongeren tot 27 jaar zonder startkwalificatie, onderwijsinschrijving en inkomen (uit werk of uitkering). Om deze jongeren te begeleiden naar onderwijs of werk, trekken RMC en team jongeren (werk en inkomen) samen op bij het eerste gesprek met de jongere. Daarnaast wordt de succesvolle aanpak ‘Focus. Blik op de Toekomst’ (die is begonnen als pilot vanuit de versnellingsmiddelen Overvecht) in het schooljaar 2017/2018 verder uitgebreid naar andere wijken. Met deze aanpak wordt ingezet op het activeren van jongeren (t/m 22 jaar) die thuiszitten zonder werk, uitkering of opleiding, naar onderwijs of werk. Dit is een wijkgerichte aanpak waarbij vanuit de hulpvraag van de jongere een integrale aanpak centraal staat.

Zorg 12-23
Wij continueren de (verdere versterking van) de kernpartneraanpak in het voortgezet (speciaal) onderwijs en het MBO. Specifieke inzet bieden we op het verminderen van langdurig thuiszitten door uitvoering van het Utrechtse en G4 thuiszitterspact. De financiële bijdrage aan het OPDC (de Utrechtse School), wordt verlaagd zoals aangegeven in de subsidiestaat. Dit in verband met een landelijke financiële verevening in het kader van invoering passend onderwijs, waardoor tegelijkertijd de rijksmiddelen voor het samenwerkingsverband toenemen.

Talentontwikkeling en burgerschap
We continueren de inzet voor de Brede Scholen die voor circa 6700 leerlingen activiteiten op het gebied van talentontwikkeling organiseren. De activiteiten beslaan een divers gebied, zoals sport en cultuur; ze zijn een aanvulling op het bestaande curriculum. Het Gregoriuscollege is vanaf 2018 ook een Brede School. Bij talentontwikkeling worden combinatiefunctionarissen ingezet; daarmee maken we verbinding met de wijk. Op een aantal VO scholen zetten we jongerenwerk in op school, onder andere in het kader van preventie van polarisatie en radicalisering. Jongerenwerk op school is sinds 2016 geïntensiveerd vanuit het programma 'Utrecht zijn we samen. In 2018 zetten we dit voort. Binnen het programma UZWS heeft het college een taskforce ingesteld; onderwijs is daarin een belangrijk thema. Op advies van de taskforce wordt gewerkt aan een onderzoek onder docenten, leerlingen en ouders naar hun ervaringen met polarisatie en radicalisering. Mede op basis hiervan ontwikkelen we daarnaast een didactisch instrument (toolbox) voor verschillende onderwijsniveaus om polarisatie, radicalisering en terrorisme bespreekbaar te maken en te voorkomen.

De inzet op bovengenoemde activiteiten nemen toe in omvang met de groei van de stad. De middelen uit de maatschappelijke investeringsagenda gebruiken we allereerst om een gelijkblijvende inzet per leerling te realiseren; zo houden we de middelen per leerling voor cultuureducatie gelijk. Binnen talentontwikkeling is met de middelen uit de maatschappelijke investeringsagenda weer ruimte voor een nieuwe school. We zetten door middel van extra inzet van leerplicht in op het voorkomen van voortijdig schooluitval en het voorkomen van verzuim.

De doelgroepen worden door de twee kerntaken (waaronder de 5 vijf wettelijke functies vallen) bediend:

1. De Bibliotheek biedt support bij het leren lezen van de wereld, ook in nieuwe talen en via nieuwe kanalen (de bibliotheek helpt bij het ontwikkelen van (informatie)vaardigheden).
2. De Bibliotheek, als huis voor informeel leren, faciliteert kenniscreatie door (groepen) mensen zelf (de bibliotheek reikt informatie aan en faciliteert kennisontwikkeling).

Op basis van de visie Utrecht 'maakt kennis' met de bibliotheek van de 21e eeuw is gezocht naar indicatoren en effecten die uiting geven aan de waarden en kerntaken (inclusief de vijf wettelijke functies) van de Bibliotheek Utrecht.

De bibliotheek zet een scala aan activiteiten in voor de stad om de bevolking te bedienen:

• Met ICT de dienstverlening gemakkelijker en aantrekkelijker maken.
• Een stevige educatieve functie met dienstverlening aan onderwijsinstellingen voor leerlingen van 0 – 18 jaar.
• Met het organiseren van trainingen en bijeenkomsten in samenwerking met Taal doet meer en Digiwijs een bijdragen leveren aan het verminderen van laaggeletterdheid en het vergroten van digitale vaardigheden. Er zijn verschillende wijkvestigingen waar bewoners laagdrempelig terecht kunnen met een (digi)tale vraag.
• Met aantrekkelijk gepresenteerde collecties, BoekStarthoeken, Makkelijk lezenpleinen, Lees- en schrijfkasten en Skoolzones met huiswerkbegeleiding (in een aantal wijkvestigingen).
• Met lezingen, culturele activiteiten en evenementen in de centrale vestiging vooral op zondagmiddagen, in de Cultuurcampus en andere grotere wijkbibliotheken.
• Door culturele en sociale functies van de bibliotheek in samenwerking met (keten)partners te verbeteren. Huisvesting met een nieuwe centrale bibliotheek op de Neude voor de hele stad en behoud van een dekkend netwerk aan wijkvestigingen.
• Door de ontmoetings- en verblijfsfunctie in wijkvestigingen te bevorderen in samenwerking met groepen burgers en wijkorganisaties.
• Door een brede programmering om ontmoeting en debat in haar vestigingen te creëren.

Met de middelen uit de maatschappelijke investeringsagenda kunnen we voldoen aan de vraag naar activiteiten en kunnen we de dienstverlening aan het groeiend aantal gebruikers van de bibliotheek op peil houden.

De activiteiten van de bibliotheek zijn vertaald in een aantal prestatie indicatoren die kwantitatief aangeven hoe de bibliotheek de beide kerntaken uitvoert. Daarnaast maakt de bibliotheek elk jaar een jaarverslag waarin zij de door haar uitgevoerde activiteiten beschrijft.

In 2018 is budget dat nog niet nodig is voor de exploitatie van de Neude, omdat deze bibliotheek later in het jaar open gaat, beschikbaar om te investeren in de wijkfilialen. De investeringen betreffen onder andere het sleutelvrij maken van de filialen Zuilen en Hoograven, de bouw en inrichting van cursusruimten (laaggeletterdheid en digitale vaardigheden) in de filialen Overvecht en Zuilen en het onderbrengen van de logistiek van dienstverlening aan scholen in Zuilen. Ook houden we rekening met een voorziening voor aanbestedingsrisico’s.